Vandaag de dag is microlearning alom bekend en geliefd als leerinterventie. Maar wat doe je als je tot vandaag aan toe alleen maar cursussen als elearning hebt ontwikkeld? Start je dan opnieuw met het maken van microlearning? Dat hoeft niet als je deze tips gebruikt. Je kunt dan microlearning ontwikkelen op basis van je bestaande materiaal.
Microlearning
Je hebt ervan gehoord, je kent het, je waardeert het zelfs. Van het principe van 1 leerdoel per leerinterventie, met maximaal 3 te onthouden punten ben je overtuigd. En daarin ben je niet de enige. Een recent onderzoek in de USA vond zelfs dat 60% van de medewerkers meer zou leren als naast de online leerinterventies ook kortere cursussen beschikbaar waren [1].
Dus, wat houd je tegen? Wellicht is dat het feit dat je al honderden trainingen hebt ontwikkeld of ingekocht. Maar geen paniek, we schrijven in dit artikel over hoe je bestaand materiaal opnieuw kunt gebruiken. En dat het geen verspilling van oude content is of tijd. Het opdelen van je macrolearnings naar microlearnings is eigenlijk niet zo moeilijk, maar kan de lerende wel een extra leermoment opleveren.
Tip 1: Get to the Point
Als je goede microlearnings wilt maken, dan moet je de relevante informatie gebruiken. Dus je moet beslissen welke informatie gebruik ik wel, welke niet. De introductie? Die kan weg. Bedenk wat je lerenden zoeken. Waarover hebben ze vragen, wat zou dan het antwoord zijn? Als je dat hebt staan, dan kun je je nog afvragen of je iets extra’s wilt meegeven. Maar dat kan pas nadat het antwoord op de vraag van de lerenden gegeven is. Anders irriteer je ze en komen ze nooit meer terug naar je microlearnings. Lerenden willen alleen het antwoord. Dit is ook de reden waarom ze niet terugkomen bij een elearning: ze haken af omdat ze teveel content door moeten om bij het gezochte antwoord te komen. Bij e-learning hebben ze het idee dat het doel is om te leren.
Tip 2: Maak het flitsend
Houd de training kort en krachtig. Dus zorg dat het past bij de behoefte van de lerende. De vraag die iemand heeft. En aan het einde kun je alsnog aangeven in welke microlearning de vervolgvraag beantwoord wordt. Een andere reden om de content kort en krachtig te houden is dat de concentratieboog niet groot is in deze tijd van informatie-overload. Dus alles wat meer dan 3 minuten kost, wordt niet bekeken. De lerende weet intuïtief dat in een ‘antwoord’ dat zo lang is, hij het antwoord op zijn vraag niet vindt of dat het antwoord niet helder genoeg is.
Hoe ga je dan te werk met bestaand materiaal? Je bepaalt het leerdoel per onderwerp en gaat de relevante content selecteren. Daarbij is het uitgangspunt nog steeds dat je voordat je je bestaande materiaal induikt, je maximaal 3 te onthouden punten bepaalt. Is de content niet terug te brengen tot zulke kleine leereenheden, dan is het niet geschikt voor microlearning. Vergeet de uitgangspunten van microlearning niet nu je met oud materiaal aan de slag gaat. Je merkt dat het allemaal neerkomt op het schrappen van ballast. De intro, de details rond het hoofdonderwerp. Wees wel alert op wat er overblijft; is het krachtig genoeg? Is het wel afgebakende content?
De druif en druiventros
Je kunt een leerdoel zien als één druif. Een druif kun je eten en dat geeft voldoening. Als je meer wilt, kun je een volgende druif nemen. Of, een volgende microlearning bekijken. Maar het hoeft niet, je kunt ook zeggen dat die ene druif in je behoefte voorziet en dat je verder kunt. Want: je hebt je leerdoel bereikt. Een volgend leerdoel is een volgende microlearning.
Tip 3: Wees Avontuurlijk
Microlearnings zijn kort, maar dat betekent niet dat het saai is. Zorg dat je voor afwisseling in de vorm kiest. Denk aan korte kwis, scenariovideo’s, podcasts, video’s, animaties en infographics. Op deze manier heb je een afwisselend aanbod, wat fijn is voor de lerende. Ben ook niet bang om te werken met stukken tekst. Maar zorg dat de tekst teruggebracht is tot een leerdoel, met 3 te onthouden punten. Of schrijf de tekst om tot leuke content voor een 2-minuten durende podcasts. Of maak een mooie infographic als er in het oorspronkelijke materiaal veel cijfers zijn verwerkt.
Tip 4: Onthoud het doel
We kennen het probleem, of beter gezegd de uitdaging. Hoe kun je die grote macrotraining terug brengen tot korte microlearnings. Daarbij is maar één ding heilig: ga niet in de content duiken voordat je hebt bepaald welke leerdoel je per afzonderlijke microlearning hebt én welke te onthouden punten. Een microlearning heeft afgebakende content, is als solo-learning te volgen.
Denk dus goed na hoe je dit bereikt. Dat is vaak makkelijker te doen door de content echt te vertalen in hapklare brokken, scenario’s die men direct tijdens het werk kan toepassen. Hier kun je als lerende direct mee aan de slag.
Tip 5: Denk na over het Momentum
Just in time leren op de werkplek is heel anders dan het volgen van een klassikale training. Dat maakt ook dat de microlearnings die ingezet worden dichter bij de praktijk moeten zijn. Dus ga geen ellenlange uitleg over de theorie achter de AVG geven, maar laat zien hoe het deel van de AVG hun taak voor bijvoorbeeld recruitment beïnvloedt. Dat werkt. Door de medewerkers mee te laten denken in het bepalen van de onderwerpen, ben je er zeker van dat je de juiste content gaat maken. De enige maatregel die je nu nog moet nemen is zorgen dat de medewerker direct op zijn werkplek bij de microlearning kan. Dus zonder al te veel gedoe, niet drie keer inloggen, maar liefst binnen twee klikken bij het antwoord zijn dat wordt gezocht door de medewerker.
Tip 6: Haal alle overbodige content weg, maar niet alles
Dat klinkt verwarrend. Eerst schreven we om alle overbodige content weg te halen en nu zeggen we niet alles. We weten namelijk dat sommige lerenden zich graag verder verdiepen in een onderwerp. Om die reden adviseren we om de microlearning te starten met het antwoord op de vraag van de lerende en erna nog te verwijzen naar verdiepende materialen of microlearnings. Daarvoor kun je links of buttons met lees verder of kijk verder toevoegen.
Tip 7: Zorg dat er over de microlearnings gesproken wordt
Wat is de juiste taal en tone of voice van de content? Dat moet aansluiten bij de lerende. En liefst wil je dat er ook een lach op het gezicht komt van de lerende tijdens het volgen van de microlearning. Dus probeer aan te sluiten bij de lerende, gebruik humor (wel even testen vooraf). Omdat elearning formeler is, is die vaak ook in een formele taal geschreven. Neem deze taal niet automatisch over, dat kan maken dat de lerende afhaakt. Zorg dat de taal dicht op ze aansluit, zodat je ook een groter effect behaalt.
Hoe maak je vanaf nu nieuwe trainingsprogramma’s?
Het is helder dat je vanuit bestaande content snel microlearnings kunt maken. Maar als er een geheel nieuw onderwerp is, waarvan je zowel een macro- als microlearnings moet maken, dan is het nog slimmer om te starten met de microlearnings. Waarom? Door de outline van de microlearnings te hebben, heb je de basis van de macrotraining al staan. Die basis is relatief makkelijk uit te breiden tot een macrotraining. Terwijl andersom werken toch twee keer het bepalen van leerdoelen vraagt. Dus wil je efficiënt zijn in de toekomst: Start met microlearnings en maak erna de macrolearning.
Conclusie
Met een beetje geluk heeft dit artikel je ogen geopend voor het snel maken van goede microlearning content. Door de macrolearning content te hergebruiken zul je zien dat je opnieuw je lerenden een boost geeft. Ze zullen eerder terugkomen bij de learnings en je krijgt een groter leerrendement. En daar is het ons toch om te doen? Of niet soms?
Geschreven door Helma van den Berg, microlearning expert Let’s Learn!
Weten hoe je microlearning maakt? Lees dan hier verder In vijf stappen microlearning maken
Inspiratiebronnen:
[1] Top LMS Features To Drive Employee Engagement
Microlearning Content 101: How To Adjust Your Course Content For Successful Delivery