Microlearning is een buzzwoord dat door velen gebruikt wordt. Veel L&D mensen delen bestaande content in kleine delen van 3 tot 5 minuten en bieden dat aan als microlearning op hun leerplatform. Ze denken daarmee problemen te omzeilen bij hun doelgroep zoals onvoldoende betrokkenheid, tijdgebrek en korte aandachtsspanne. Velen gaan echter voorbij aan de drie strategische aspecten van microlearning: content ontwerp, vormgeving en het opleveren van de learnings. Daarmee wordt het echte potentieel van microlearning ondermijnd. Het doel wat je met microlearning hoopte te bereiken blijft een droom.
Veel leveranciers van e-learnings promoten microlearning als een kant en klare oplossing om mensen aan het leren te krijgen. Ze laten het voorkomen dat microlearning een technische tool is, terwijl het in onze ogen een leerstrategie is.
Hoe start je met microlearning als je het ziet als een leerstrategie?
Zie je microlearning als een leerstrategie, dan is het eerste wat je doet beslissen over waar en hoe je de strategie toepast. Pas als dat helder is besluit je over de technologie. Ook beslis je dan over de tools waarmee je de microlearnings maakt of de leverancier waar je kant en klare of maatwerk learnings inkoopt. Om tot een goede strategie te komen moet je vijf punten vooraf bepalen.
1. Deel bestaande content niet op, ontwerp het opnieuw
Het werkt niet als je een bestaand boek in losse pagina’s opdeelt en die aanbiedt aan je lerenden met de opdracht om 1 pagina per dag te lezen. Er is geen samenhang meer. Om die te krijgen zul je moeten kijken naar wat wil je bereiken per deel? Oftewel welk leerdoel wil je bereiken met de learning. En op basis daarvan kijk je of je dat met goede content kunt doen
2. Beperk jezelf niet tot een contentvorm
Hoe zou je het vinden als je iedere dag weer op dezelfde learning krijgt, die ook nog eens op dezelfde manier is opgebouwd? Ik vertel je dat je na vijf keer echt afhaakt. Dan wil je iets anders. Afwisseling is de oplossing. Die kun je bereiken door de vorm van de learnings af te wisselen. Projecten die wij doen bestaan vaak uit video, animatie, quizes en infographics. Daarbij kan de ene learning een persoon zijn die je voor de camera iets uitlegt, de volgende een case waarbij je uitleg krijgt, dan een interactieve video (je beslist in de video over het vervolg of je beantwoordt vragen in de video), daarna een animatie en misschien ook nog wel een infographic. Daar word je blij van, mits je merkt dat je ook leert van de content. Om dat te bereiken geldt ook weer: bepaal eerst je leerdoel per learning en kies dan voor de vorm.
3. Gebruik microlearning niet voor alles
Ik noemde het al: microlearning ontwerp je door te kijken naar het leerdoel en dan pas naar de vorm. Daarbij is het leerdoel één enkelvoudig leerdoel. Een leerdoel als ‘je leert en je past toe’ is in mijn ogen niet enkelvoudig én dus niet geschikt als microlearning. We streven immers naar een micro- learning. Oftewel: het mag niet te veel tijd in beslag nemen. Dat betekent dat je lerenden niet voor het eerst kennis kunt laten maken met het onderwerp en ze het geleerde kunt laten toepassen. Als je dat verwacht, dan vraag je te veel van ze. Daarvoor heb je in de meeste gevallen meer tijd nodig dan één microlearning. Als je hier tegenaan loopt is het ook verstandig om het leerdoel te veranderen óf er voor te kiezen om met macrolearning te werken. In onze ogen is dat geen probleem, sterker nog, afwisseling is hier ook weer sterk en motiveert de lerende extra.
4. Verpak de microlearning niet als mini-e-learning
Bij veel bedrijven wordt er gedacht vanuit de traditionele werkwijze met het leermanagement systeem (LMS) als centrum van leren. Daarbij is het LMS vaak niet in staat om andere zaken dan zogenaamde SCORM-pakketten te hosten. Dit terwijl microlearning vaak veel laagdrempeliger kan zijn. Denk aan het streamen van een aantal ‘how-to’ video’s op Vimeo of YouTube om uit te leggen hoe een softwarepakket werkt. Dat is veel toegankelijker dan deze video’s in een e-learning in het LMS onder te brengen. Doordat microlearning bestanden kunnen bestaan uit MP4, MP3 of PDF of andere simpele vormen, is het gemakkelijk om ze op meerdere plekken te hosten. En dat maakt dat de lerende er eerder bij komt als hij een vraag heeft. Zo kun je video’s over hoe je de software kunt gebruiken, ook in de helpfunctie zetten én op de intranetsite.
5. Vergeet niet te evalueren en verbeteren
Wat is de impact van de microlearnings? Heb je die bereikt? In onze ogen gaat het altijd om een doel dat ‘hoger’ is dan ‘leren’. Leren doe je meestal om beter te presteren. En dan is de vraag hoe ziet die betere prestatie er uit? Voor ons een reden om dat bij de start van de ontwerpsessie al met elkaar te bepalen. Na zes tot acht weken gebruik van de microlearnings is het mogelijk om te evalueren. Samen met de opdrachtgever bepalen we dan of het doel behaald is én hoe we het traject kunnen verbeteren. Of hoe een volgend traject beter kan. Allemaal vragen waar we graag bij stil staan om zo nog een betere microlearning strategie te krijgen.
Doorpakken Als je de microlearning strategie door wilt pakken, dan is dit het moment om te kijken naar een goed platform dat past bij de behoefte.
- Kun je met het leerplatform flexibel zijn in je ontwikkeling en uitserveren van microlearnings?
- Zit er in het platform de mogelijkheid om content te maken, te bewerken en social media features toe te voegen?
- Kun je de learnings in het lms labelen zodat de learnings vindbaar en doorzoekbaar zijn?
- Kun je gebruikersgegevens, scores en analyses krijgen uit het systeem?
- Kan de lerende het platform ook op zijn mobiel ontsluiten?
Als je een goed platform hebt gevonden, kun je nog steeds op een slimme manier omgaan met je content en zit je niet alleen vast aan het ontsluiten van de content in het platform. Het wordt door het juiste platform wél mogelijk om nog vaker te kiezen voor de microlearningstrategie.
Geschreven door Helma van den Berg, microlearning expert
Meer lezen, lees dan: Hoe kies je een microlearning platform?
Inspiratiebron: 5 Tips for Improving Your Organization’s Microlearning